Zwijgende Midden-Delflanders
Arnoud Rodenburg was eerst ‘gewoon’ burgemeester van Midden-Delfland, toen even niet en daarna weer wel. Plotseling werd hij de hemel in geprezen nadat de gemeenteraad in meerderheid tegen zijn herbenoeming had gestemd. Na een ingreep van koningscommissaris Jaap Smit bleek dat ineens een vergissing. Toch moeten er ook Midden-Delflanders zijn die iets of misschien wel heel veel tegen ‘King’ Arnoud hebben. Of is in Midden-Delfland de meerderheid echt zwijgend?
Burgerkantoor
De lokale politieke partij Westland Verstandig heeft in de Naaldwijkse Julianastraat 43a een Burgerkantoor geopend. Waar je met (raads)leden (inclusief gratis koffie) kunt praten over de gemeentepolitiek. Niet uitgesloten wordt dat er ook WV-burgerkantoren komen in andere dorpskernen. Je mag bidden en hopen dat niet meer Westlandse politieke partijen zoiets ook gaan doen. We hebben er nu acht; zitten we dadelijk wel met tientallen Burgerkantoren. Maar ook veel koffie, voor noppes.
Fietsende asielzoekers
Een mooie metafoor van inburgeren: geef statushouders (verblijfsgerechtigde vreemdelingen) een fiets. Dat was het doel van het benefietconcert dat Westlandse kerken en Vluchtelingenwerk half november organiseerden. Van het toen opgehaalde geld (€ 1500) werden goede, gebruikte fietsen gekocht, en opgeknapt door Zorgkwekerij Van Mil.
Komende vrijdag 12 februari om 16 uur wordt in de Ontmoetingskerk in de Naaldwijkse Anjerlaan een aantal fietsen officieel overgedragen aan toegelaten asielzoekers. Die zullen, zeker in het begin, goed herkenbaar zijn op Westlands wegen. Bij elke hoek de hand uitstekend, met (voor- én achter) goede verlichting en niet mobiel telefonerend. Eenmaal echt ingeburgerd zal dat gauw over zijn.
De rubriek ‘je suis rien’ is een clin d’oeil naar mezelf en de samenleving. Een knipoogje dus.
Als ‘King’ Arnoud echt denkt dat heel Midden-Delfland achter hem staat, dan zou hij een referendum moeten voorstellen. Dat zou pas koninklijk zijn.
Wees niet bang, Rien. Wij openen geen burgerkantoor. Om met ons in contact te komen hoeven Westlanders hun huis niet uit.