Tevreden dierenmens met groene vingers

24 okt

151017 Leendert van den Ende

Leen van den Ende 1925 – 2015. Leendert van den Ende is een tevreden mens, zoals je dat tegenwoordig bijna niet meer meemaakt. Voor hem geen (steeds grotere) auto, een bromfiets, eerst een Solex, later een Honda, meer hoeft hij niet. Een huis is groot genoeg als er maar een tuin bij zit, zodat hij zijn bloemetjes en plantjes kan koesteren.

Leen is gewoon gelukkig met zijn leven, zijn lieve vrouw Ali, zoon Maarten, schoondochter Lya en drie kleinkinderen Leonard, Constantijn en Lodewijk. En natuurlijk met zijn dieren, of het nu honden, duiven, kippen, konijnen of goudvissen zijn. Meer heeft een mens toch niet nodig, zegt hij dan.

Een echte Breeje Durper is hij, geboren, getogen en gebleven. Negentig jaar lang. Een tuindersknechtzoon met een jeugd in de Zeestraat en de Sand-Ambachtstraat en een lang familieleven, vooral aan de Hoflaan. Ook als hij niet meer alleen kan wonen blijft hij ‘s Gravenzande trouw, in Sonnevanck, later in De Kreek.

Tijdens de lagere school blijkt Leen geen taalknobbel te hebben; de juf kan het aantal dicteefouten niet bijbenen. Ook ontbreekt elk muzikaal gevoel; diezelfde juf vraagt hem vaak maar niet mee te zingen. Voor de rest, zegt hij later, waren die schooljaren wel plezierig. Daar leert hij Henk, Leen en Arie kennen, vrienden voor het leven.

Na acht klassen gaat hij – vanzelfsprekend – in de tuin werken, onderaan aan de Maasdijk. Een wereld van alles telen, van tomaten, sla en andere groentes.

In 1944 wordt hij tijdens de Grote Westlandse Razzia opgepakt, lopend gaat het via Gouda en Utrecht naar Kamp Amersfoort. Via-via hoort zijn vader dat Leen met stokslagen zou zijn bewerkt, hij stapt op de fiets en slaagt er met enig lef en veel geluk in Leen mee naar huis te nemen. “Een dag later ging hij weer gewoon naar die tuin aan de Maasdijk, om te werken, ongelooflijk!”

Een jaar na de bevrijding wordt Leen dienstplichtig soldaat, vertrekt hij na een korte opleiding naar voormalig Nederlands-Indië. Hij blijft er ruim vier jaar (!), bij een ondersteunde eenheid, heeft er nooit gevochten, nooit geschoten. Een soort grote vakantie, zegt hij later, een tijd waarin hij duiven en een papegaai verzorgt. En een aap.

In die jaren kunnen Nederlandse meisjes zich melden als correspondentievriendin, om briefcontact te hebben met soldaten in Indië. Een van hen is Aaltje Bos uit Zegveld, die openhartig schrijft dat ‘er in de laatste brief slechts 35 fouten stonden’. Die eerlijkheid bevalt hem, Ali wordt uiteindelijk zijn vrouw.

Ze trouwen in juli 1953, een jaar later is ze zwanger. Dat is blijheid met een randje, want Ali heeft een aangeboren hartafwijking. Maarten komt op kerstavond met de keizersnede ter wereld, pas twee dagen later blijkt hij levensvatbaar. Leen weet dan dat Maarten zijn enige kind zal blijven.

Hij is inmiddels qua werk voor zichzelf begonnen, als een soort zzp’er. Veel aangenomen seizoenwerk, vaak jarenlang bij dezelfde tuinbouwbedrijven, vooral in de tomaten. Daarnaast vindt hij werk om bij tuinders kanten langs sloten te maaien, met de zeis. Ook gooit hij sloten uit.

Dat doet hij tot zijn tweeënzestigste, dan gaat hij met pensioen. Dan is er alle tijd voor dieren, bloemen, planten en (bij verschillende tuinders) moestuin.

Veel reizen zit er niet in bij Leen en Ali; het grootste avontuur is een busreis naar Luxemburg. Vakantie is vooral op bezoek bij (schoon)familie in Zegveld, Deventer of Gelderland. Vakanties is ook bezoek krijgen van (schoon)familie die de Hoflaan als uitvalsbasis voor strandbezoeken gebruikt. “Na Indië had hij de wereld wel gezien,” vertellen Maarten en Lya. “Bovendien was er die hartkwaal van Ali en kon hij natuurlijk niet weg vanwege zijn duiven. ‘Die moeten toch worden verzorgd’, zei hij dan.”

Hij is al over de tachtig als Ali ernstig ziek wordt; vanzelfsprekend wil hij haar blijven verzorgen, naar een tehuis gaan is onbespreekbaar. Ze overlijdt in februari 2008. Vier jaar later komt hij, fysiek verzwakkend, toch in dat tehuis. Daarna wordt zijn gezondheid brozer, hij verhuist naar De Kreek. Hij blijft echter die tevreden mens, noemt de verzorging uitstekend, voelt zich de koning te rijk. “Je hoeft maar iets te vragen en je krijgt het. Waar vind je dat nou, zei hij dan met een grote grijns.”

Rien van den Anker

Leendert Johannes van den Ende is geboren op 28 november 1925 in ‘s-Gravenzande; hij is op 13 september 2015 overleden in ‘s-Gravenzande.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

De volgende HTML-tags en -attributen zijn toegestaan: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>