je suis rien (182)

13 apr

Méér toeristen
(Westland, 13 april 2019). Met het Westlandse toerisme wil het maar niet echt lukken. Op zich niet erg, maar dan schiet je wel in een deuk als je in de krant leest: ‘Alle ballen op méér toeristen’.
Wat is Westland toeristisch? Een strand voor sportieve luiaards, enkele (niet altijd op piegend publiek wachtende) innovatieve kassenbedrijven en een Keukenhofachtige botenshow. En natuurlijk Kom in de kas waar – net als bloembollen vernielende toeristen in Lisse – nu ook stadse gasten tuinbouwgewassen vertrappen. Omdat ze per se alleen een selfie met de hele familie willen.

Ordinaire lokmiddelen
Toerisme is een keiharde industrie, die desnoods zichzelf ‘opvreet’. Kijk maar naar Amsterdam. Alles draait om de pegels, mooie natuur of musea zijn eigenlijk ordinaire lokmiddelen. Een sector die je niet moet overlaten aan lokale horecaffers en ondernemers die slechts hun eigen bedrijf leuk vinden. Waar je professionals nodig hebt die boven de markt en de partijen staan, vooral het belang van stad of streek inzien. En die niet goedkoop zijn.
Essentieel is toerisme-ondernemers op één rij te krijgen, dat ze zich richten op dezelfde specifieke groepen. Net als bij een feestje thuis, iedereen uitnodigen wordt nooit gezellig. Dan vormen zich clubjes die allemaal wat anders willen.

Kneuterig amateurisme
Zonder geld krijg je kneuterig amateurisme. Geld vooral voor algemene promotie. Alleen daarmee kun je toeristen trekken. Eenmaal binnen bied je ze alle recreatieve of museale plekjes en eet- en drinkstekjes. Waaruit ze zelf kunnen kiezen.
Zonder algemene pot krijg je activiteiten, zoals (puur commerciële) websites en magazines, waarin alleen de best betalenden aandacht krijgen. En veel, voor toeristen belangrijke, informatie onvermeld blijft. Dan ontstaat een gemankeerd beeld waar een toerist wel doorheen prikt, maar zich ook gepakt voelt. Die wil praktische informatie en objectieve prijsvergelijkingen. Niet alleen, oncontroleerbare, mooie aanbiedingen.

Beperkt budget
De organisatie Bezoek Westland komt deze zomer met twee nieuwe campagnes, over Westland als vaargebied en als reisbestemming voor groepen. Ook verschijnt een krant, in Westland en regio, ruim honderdduizend exemplaren. Waarlijke uitingen van een beperkt budget. Leuk, wel kruimelwerk.
Om er toch nog iets van te maken worden (kosteloos) vloggers en bloggers aangejaagd. Modern, ook dubieus, omdat reacties veelal redelijk rooskleurig zijn. De blog die Westland beschrijft als kwalitatief uitzonderlijk teleurstellend, lees je niet. De ambitie is om 800.000 lezende kijkers te trekken, vorig jaar waren het er 350.000.

Draagvlak
En dan is nog het allerbelangrijkste: draagvlak bij de bevolking. Veel gewone, niet in toerisme werkende, Westlanders, zitten niet op, en zeker niet op meer, toeristen te wachten. Hooguit tijdens het Varend Corso en Kom in de kas. Vraag het maar eens aan ze.
Westlanders zijn – dat is trouwens gewoon in veel plattelandsregio’s – zelf de belangrijkste toeristen in eigen streek of dorp. Waar ze het geld, misschien wel juist zonder vreemde snoeshanen, goed laten rollen.
In ieder geval beter dan die paar, soms alleen maar langsrijdende, bussen vol Duitsers en Chinezen en wat elektrisch fietsende Hagenaars die een broodje kroket met één biertje al een culinaire uitspatting vinden. Zelfs aan een Poolse werktoerist is meer te verdienen. Dat geeft inmiddels ook een oprecht rechtse Westlander toe.

De rubriek ‘je suis rien’ is een boeketje columnpjes, vaak maar van één alinea. Een clin d’oeil naar mezelf en de samenleving. Een knipoogje, soms met serieuze ondertoon.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

De volgende HTML-tags en -attributen zijn toegestaan: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>