Kinderdemocratie

30 jun

(Westland, 30 juni 2021). Het is pijnlijk maar burgers die afstand nemen van de politiek, zowel landelijk als lokaal, hebben niet helemaal ongelijk; de politiek heeft het er grotendeels zelf ook naar gemaakt. Kijk naar ellenlange, mierenneukerige debatten op het Binnenhof of aan de Verdilaan. Het maakt geen fluit uit of je naar ministers, wethouders, kamer- of raadsleden luistert. Of naar coalitie en oppositie. Soms is er geen touw aan vast te knopen, gaat het over niks, behalve dan dat ze de ander geen millimeter gunnen.
Voor iedereen zijn er inmiddels drie mogelijkheden. Negerend accepteren of er, als beschaafd burger, proberen iets aan te veranderen. Je kunt ook het zooitje bij de kladden grijpen, collectief wegsturen en revolutionair opnieuw beginnen. Dat laatste lijkt me heerlijk, ik weet nu al wie ik als eerste te grazen neem.

Prikkelends
Van een Westlandse Jongerenraad zou je verwachten dat hij ook van de laatste categorie is, maar die zit (heel woke!) in de tweede, lijkt soms qua toon in de eerste te zitten. Dat weinig opstandige beeld kun je ook concluderen uit zijn laatste rapport: Kinderparticipatie en de verbinding naar democratie. Van jeugdigen die echt iets willen veranderen verwacht je toch wat meer prikkelends.
Ook inhoudelijk is het niet echt doorwrocht en diepgaand, het is nog net geen knippen-plakken. Het kan zijn dat de jongeren zich qua schrijfniveau alvast hebben aangepast aan hun doelgroep – van raadsleden en wethouders.

In het adviesstuk bepleit de Jongerenraad een kinderburgemeester en een kindergemeenteraad, in de leeftijdscategorie van 9 tot 12 jaar. De gedachte erachter is dat kinderen in ons democratisch bestel niet gehoord worden, vrijwel nooit bij dingen betrokken raken, maar dat er veel besluiten worden genomen die hun leventjes direct raken. Via zo’n kinderburgemeester kunnen de kleintjes toch hun stem laten horen.

Ambassadeurs
Op alle Westlandse basisscholen worden dan ambassadeurs gekozen, die een soort kindergemeenteraad vormen. Uit hun midden kiezen zij een burgemeester en zij voeden hun voorzitter met vraagstukken die voor hen van groot belang zijn. Die mini-burgemeester geeft ze weer door aan de echte, volwassen burgemeester. En zo belanden die, als het goed gaat, op de agenda van de grote mensen-gemeenteraad.
De kleine eerste burger gaat ook ceremonieel meedraaien en moet frequent met grote broer Bouke bij publieke bijeenkomsten aanwezig zijn. Soms zelfs ook een toespraak houden.
Kortom, een interessant, grappig, maar ook wel erg speels plan dat uiteindelijk hoofdzakelijk alleen die kinderburgemeester en een vijftiental ambassadeurs van de straat houdt. Na hun verkiezing zal het de rest van hun leeftijdsgenoten verder worst zijn.

Overdreven liefdevol
Overdreven liefdevol reageerde de grote gemeenteraad, sympathiek laverend om vooral te voorkomen dat de jongeren zich geschoffeerd zouden voelen. Alleen wethouder en oud-onderwijzer Piet Vreugdenhil zei wat veel raadsleden natuurlijk dachten: zo’n plan moet wel breed worden ondersteund door het hele onderwijsveld, hoort in feite niet bij de politiek.
Daarbij onuitgesproken aangevend dat kinderparticipatie en de verbinding naar democratie in de klas thuis hoort. Dat we dus gewoon op school meer lessen maatschappijleer, openbaar bestuur en burgerschapskunde moeten realiseren. Dat dáár de basis moet worden gelegd voor nieuwe, goed geïnformeerde burgers die in democratie geloven.

Dat de Jongerenraad alleen via een soort Spielerei democratische kinderparticipatie wil bereiken zegt ook dat hun generatie dat soort democratielessen goed had kunnen gebruiken. Die volwassen raadsleden hadden dat best hard en kritisch tegen hen mogen zeggen.
Of zijn ze eigenlijk zelf nog steeds een kindergemeenteraad?

Rien van den Anker

 

 

4 gedachten over “Kinderdemocratie

  1. Niet erg aardig om zo’n initiatief op deze manier de grond in te boren. Er zijn al meerdere plaatsen waar het succesvol is gerealiseerd.

  2. Zoals geschreven, leuk en grappig maar of je hiermee de kinderen verder helpt op het democratische pad is maar de vraag. Lessen democratie geven op school, zo leert de geschiedenis, is ook link. In mijn jeugd, zo herinner ik mij, waren er nogal wat bezwaren tegen zogenaamd linkse onderwijzers.

  3. Democratisch denken en ontwikkelen begint natuurlijk gewoon thuis, bij je ouders. Maar als die ook al afgehaakt zijn van de politiek, dan komt er bij de kinderen niks van terecht.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

De volgende HTML-tags en -attributen zijn toegestaan: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>