(Westland, 15 februari 2025, nummer 483). Ondanks dat de taal, vooral verbaal, tegenwoordig verandert – volgens velen ook behoorlijk verloedert – gebeurt het niet zo vaak meer dat er censuur wordt toegepast. Ook niet meer in officiële stukken, zoals het woordelijk verslag van een gemeenteraad. Maar ‘oude tijden’ herleven..
Op te geilen
Nog geen twee weken geleden, tijdens de Westlandse januari-gemeenteraad was het burgemeester Bouke Arends die zich ergerde aan de volgende woorden van Westlands Verstand-fractievoorzitter Peter Duijsens, sprekend tegen een collega-raadslid: ‘U zit hier alleen maar uzelf een beetje op te, sorry voor het woord, op te geilen maar voor de rest betekent dit allemaal niets’.
Waarna raadsvoorzitter Arends reageerde: ‘Ik zal voorstellen dat we ons even bij welvoeglijk taalgebruik in deze raadzaal houden. Dus wat dat betreft wordt dat bewuste woord geschrapt uit de bijdrage van de Raad’.
Woordelijk verslag
Volgende week is er weer een nieuwe raadsvergadering, agendapunt 5 is dan het woordelijk verslag van de vorige raadvergadering. Waarin de woorden ‘op te geilen’, en de opdracht van de burgemeester nog steeds gewoon staan.
In de Westlandse gemeenteraad kan het zijn dat dat dan een forse, lange discussie gaat opleveren. Maar het kan ook zijn dat het (nog niet schrappen of aanpassen) niemand is opgevallen, omdat niemand het verslag naleest.
En het kan ook nog zijn dat de raadsleden het taalgetutter van de burgemeester gewoon negeren. En dat die zich niet laten opgeilen door dit soort geneuzel.
Koel en geweldig
Trouwens, een taal leeft en dat gekritiseerde werkwoord staat al sinds het begin vorige eeuw in Nederlandse woordenboeken. Wel wordt het de laatste decennia steeds vaker overdrachtelijk en niet-seksueel gerelateerd gebruikt. In het Duits betekent overigens het woord geil gewoon koel en geweldig.
En er zijn meer woorden die vroeger niet konden. Neem maar kut, dat nu, niet alleen bij jongeren, bijna een ‘normaal’ standaard-stopwoord is geworden, waarbij het dan geen enkele relatie heeft met het vrouwelijke geslachtsorgaan.
En je hoeft niet eens per se de straat op te gaan of in de kroeg te komen om dat soort woorden frequent te horen. Maar misschien komt de burgemeester daar weinig. Weet mogelijk ook niet dat een fluitje een kleintje bier is. En niet alleen een piemeltje.
Vragenkampioen
Alle raadsleden staat het vrij om geregeld vragen aan het bestuurscollege te stellen. Soms zijn die zinnig, soms totaal onbelangrijk, soms om de wereld te laten horen dat ze nog bestaan of alleen maar om hun eigen kiezers te pleasen.
Vragenkampioen is sinds mensenheugenis de fractie van Westland Verstandig, die op dat punt heel laagdrempelig opereert. Ook al is de partij tegenwoordig onderdeel van de ‘regerende’ coalitie, elke losliggende tegel is weer een vraag.
Openstaande ramen
Een enkele keer zijn er raadsvragen die zo lachwekkend zijn dat je daar ironisch melding van moet maken. Dat geldt voor de vragen van de fractie van Forum voor Democratie over openstaande ramen van het Carlton hotel waar veel statushouders wonen.
En dat gebeurt (met foto’s onderbouwd!) ‘in winterse tijden met zulke hoge kosten voor gas en elektriciteit waarbij sommige Westlanders moeite hebben hun eigen energierekening te betalen’. En dan de slotvraag: Is het college Westland het met ons eens dat er binnen het Carlton Hotel niet gestookt moet worden voor het hele Westland?
Bij dit soort vragen mag je toch hopen dat ooit een humoristische wethouder daar gewoon nee op antwoordt.
De rubriek ‘je suis rien’ is een boeketje columnpjes, vaak maar van één alinea. Een clin d’oeil naar mezelf en de samenleving. Een knipoogje, soms met serieuze ondertoon.
Ik adviseer de wethouder gewoon zo lang mogelijk te wachten met een antwoord. Vergeten is ook goed.
Raadsvragen van Forum voor Democratie moet je principieel geen aandacht geven. Ook al zijn die vaak lachwekkend.
Het verbaast mij dat de burgemeester ineens zo bourgeois is. Natuurlijk kun je twisten of dat betrokken woord voor iedereen beschaafd is maar het wordt zo breed gebruikt. Als ik raadslid was zou ik toch gewoon een keer of twee het woord kut gebruiken.
Wel politiek heel modern om te blaffen dat het geschrapt moet worden maar dan toch niet bijten en het laten staan. Misschien nu het opgemerkt is door deze columnist kan het altijd nog gebeuren.
Tsja, de “grap” over de overleden heer Brandsteder in commissie vergadering afgelopen week was ook niet erg gepast.